Hoe begeleid je iemand met een visuele beperking?

Tips voor het begeleiden van mensen met een visuele beperking

  • Stel jezelf altijd voor. Laat weten wie je bent, zodat de persoon weet met wie hij of zij te maken heeft.
  • Vraag hoe je het beste kunt helpen. Vul niet voor iemand in wat hij of zij nodig heeft, maar vraag: “Hoe wilt u dat ik u begeleid?”
  • Geef duidelijk aan waar je loopt en in welke omgeving. Bijvoorbeeld: “We gaan nu een trap op”, “Hier is een leuning” of “We lopen nu op asfalt, straks komt er een grindpad.”
  • Wees respectvol. Trek iemand niet zomaar ergens naartoe. Dit kan stress veroorzaken omdat de persoon het niet ziet aankomen.
  • Vraag eerst toestemming voordat je helpt. Pak niet zomaar iets uit iemands handen of begin niet zonder te vragen met begeleiden. Dit kan als onprettig worden ervaren.
  • Overleg hoe iemand begeleid wil worden. De één vindt het prettig om je bij de elleboog te pakken terwijl jij voorloopt, een ander wil liever naast je lopen en je schouder vasthouden. Dit verschilt per persoon.
  • Wijs op obstakels. Geef aan wanneer er een stoep, drempel of ander obstakel komt. Ook al heeft iemand een taststok, extra informatie kan helpen voor de veiligheid. Vraag wel of hij of zij het prettig vindt als je dit steeds aangeeft.
  • Bij een trap. Leg eventueel de hand van de persoon op de leuning en zeg of jullie omhoog of omlaag gaan.
  • Tempo. Laat iemand in zijn of haar eigen tempo lopen. Forceer geen sneller of langzamer lopen.
  • Bij zitten. Leg de hand van de persoon op de rugleuning of de zijkant van de stoel, zodat hij of zij weet waar hij of zij kan gaan zitten.
  • Bevorder zelfstandigheid. Neem niet zomaar aan dat iemand niets kan. Bied hulp aan, maar dring het niet op. Respecteer de wensen van de persoon.